De Tragische Heldenreis van een Italiaans Icoon
Lancia. Voor sommigen is het een vergeten merk uit vervlogen tijden. Voor anderen is het pure passie, vakmanschap en innovatie. Maar wie de geschiedenis induikt, ontdekt een verhaal dat leest als een Griekse tragedie: een briljante opkomst, een bewogen leven vol successen en experimenten, en uiteindelijk – een val… of toch een wederopstanding?
In dit artikel nemen we je mee langs de volledige geschiedenis van Lancia. Een merk dat zijn tijd vaak vooruit was. Een merk dat races won, innovaties bracht, én de harten van liefhebbers veroverde. Dit is geen gewoon automerk. Dit is Lancia.
- Lingotto: Van Fiat-fabriek tot icoon van Italiaanse vindingrijkheid
- Fiat 3½ HP: Het Oerbegin van Italiaanse Autopassie op Wielen
- De oudste Fiat van het VK rijdt mee in de London to Brighton Veteran Car Run
De Geboorte van Lancia: Innovatie als D.N.A. (1906–1920)
In 1906 richtten twee ex-Fiat-ingenieurs, Vincenzo Lancia en Claudio Fogolin, het merk Lancia & C. Fabbrica Automobili op in Turijn. Vincenzo was niet alleen een briljant ontwerper, maar ook een getalenteerde coureur. Zijn missie? Auto’s bouwen die zowel technisch geavanceerd als elegant waren.
De eerste creatie, de Lancia Tipo 51 (of “Alfa”), rolde in 1907 uit de fabriek. Wat meteen opviel: de kwaliteit van de constructie, het lage gewicht en de aandacht voor detail.
Wist je dat? Lancia was één van de eerste merken die elektrische verlichting standaard maakte in een productieauto – al in 1913.
De Eerste Wereldoorlog en de Expansie (1914–1930)
Tijdens de Eerste Wereldoorlog bouwde Lancia vrachtwagens en pantservoertuigen voor het leger. Na de oorlog keerde het merk terug naar luxe personenauto’s en begon het z’n reputatie als innovator echt waar te maken.
In 1922 introduceerde Lancia de Lambda, een auto die zijn tijd vér vooruit was:
- De allereerste met een zelfdragende carrosserie
- Onafhankelijke wielophanging vóór
- Revolutionaire rijeigenschappen voor zijn tijd
De Lambda werd wereldwijd bewonderd. Het was geen gewone auto, het was een technologische showcase. Waar andere merken jaren achterliepen, bouwde Lancia al aan de toekomst.
Tussen Kunst en Techniek: De Jaren ’30
In de jaren 30 bracht Lancia modellen zoals de Augusta en Artena op de markt. Luxueus, geraffineerd en gebouwd met de precisie van Zwitserse horloges. Maar er zat een probleem aan deze briljantie: Lancia bouwde auto’s met zo veel zorg en complexiteit dat ze duur waren om te maken. En dus moeilijk winstgevend.
Lancia was het merk van ingenieurs, niet van marketeers. En dat zou het merk zowel groot maken… als kwetsbaar.
De Tweede Wereldoorlog en Heropbouw (1940–1950)
De oorlog trof ook Lancia hard. Fabrieken werden gebombardeerd en veel productielijnen lagen stil. Maar zoals zoveel Italiaanse merken herrees Lancia uit de as.
Na de oorlog kwam het merk met de Aurelia – een naam die in autokringen nog steeds respect afdwingt. De B20 GT-versie was één van de eerste gran turismo’s en combineerde comfort met serieuze prestaties.
En het werd nog beter…
De Jaren ’50: De Lancia-legende wordt geboren
De jaren 50 waren een gouden tijd voor Lancia. Niet alleen vanwege de schitterende modellen, maar ook door hun prestaties op het circuit.
De Aurelia B20 GT won meerdere edities van de Mille Miglia en was geliefd bij gentleman racers. Maar Lancia’s technologische obsessie bereikte een nieuw hoogtepunt met de D50 Formule 1-wagen.
Deze auto was uniek:
- De motor was in een hoek geplaatst voor betere gewichtsverdeling
- De brandstoftanks zaten in zijpontons – iets wat nu standaard is in F1
Tragisch moment: In 1955 verongelukte stercoureur Alberto Ascari in een Lancia. Kort daarna trok het merk zich terug uit de Formule 1 en schonk de bolides aan… Ferrari. Die bouwde verder op het werk van Lancia – en werd kampioen.
De Jaren ’60: Elegantie op Wielen
In de jaren zestig richtte Lancia zich weer op luxueuze en sportieve auto’s. Denk aan de prachtige Flaminia Coupé en Zagato-uitvoeringen, ontworpen met oog voor design én aerodynamica.
Daarnaast kwam de Fulvia, een compacte, voorwielaangedreven sportwagen. De Fulvia Coupé HF groeide uit tot een legende in de rallywereld – en zette Lancia opnieuw op de kaart in de motorsport.
De Rallykoning van de Jaren ’70 en ’80
Hier wordt het pas écht legendarisch.
In de jaren 70 en 80 werd Lancia de absolute keizer van de rallysport. Geen enkel merk won zoveel kampioenschappen in zo’n korte tijd. De helden:
- Lancia Stratos – met Ferrari-V6 en wigvormig design van Bertone. Won drie WK’s op rij (1974–1976).
- Lancia 037 – de laatste achterwielaangedreven auto die het WK rally won (1983)
- Lancia Delta Integrale – won maar liefst 6 wereldtitels op rij (1987–1992)
De Delta Integrale is nog steeds één van de meest iconische rallyauto’s ooit. En tegelijk: een straatauto waarmee je elke bocht met een glimlach aansnijdt.
De Neergang: Teveel stijl, te weinig richting (1990–2010)
Na de successen op het circuit verloor Lancia zijn koers.
De jaren 90 brachten modellen als de Dedra, Kappa en later de Lybra en Thesis. Hoewel deze auto’s luxe en verfijnd waren, misten ze sportieve flair en charisma. Ze konden niet op tegen de Duitse concurrentie.
Daarbij besloot moederbedrijf Fiat om Lancia te gebruiken als luxeplatform, vooral gericht op de Italiaanse markt. De Delta (III) werd in 2008 opnieuw gelanceerd, maar het vuur van de originele was er niet meer.
Erger nog: Lancia-modellen werden rebadged Chrysler’s, zoals de Thema (een Chrysler 300 met een Lancia-logo). Het merk verloor zijn identiteit.
Een merk op levenstekens (2010–2020)
In de jaren 2010 was Lancia feitelijk opgeheven buiten Italië. Slechts één model bleef over: de Lancia Ypsilon, een compacte stadsauto gericht op vrouwelijke kopers. Verbazingwekkend genoeg verkocht deze kleine auto goed – maar het had niets te maken met Lancia’s glorieuze verleden.
De rest van Europa nam afscheid van het merk. Lancia leek gedoemd tot de geschiedenisboeken.
De Wederopstanding: Lancia 2.0 onder Stellantis (2021–heden)
Maar toen… kwam Stellantis.
In 2021 werd de Fiat Chrysler Group samengevoegd met PSA (Peugeot/Citroën), en Lancia kreeg een tweede kans. Een team van designers, ingenieurs en marketeers kreeg de opdracht: breng Lancia terug naar zijn essentie – innovatie, stijl, Italiaans vakmanschap.
In 2024 werd de Lancia Ypsilon opnieuw gelanceerd – ditmaal als volledig elektrische premium stadsauto. Maar er is meer:
- In 2026 komt een nieuwe Gamma – een elegante elektrische crossover
- In 2028 volgt een nieuwe Delta – sportief, rebels en puur elektrisch
Het doel? Lancia terugbrengen in heel Europa, met slechts 3 modellen, 100 verkooppunten en 100% elektrisch.
Waarom Lancia zoveel meer is dan alleen een merk
Lancia is geen mainstream automerk. Het is een merk voor mensen die gevoel hebben voor design, techniek en geschiedenis. Mensen die auto’s niet zien als status, maar als emotie op wielen.
Van de Lambda tot de Delta Integrale, van de Aurelia tot de Stratos – elke Lancia vertelt een verhaal. Soms briljant, soms chaotisch, maar altijd uniek.
Slotgedachte: Een Feniks met Vier Wielen
Als Lancia iets bewijst, dan is het wel dat echte passie nooit sterft. Het merk heeft hoogtepunten gekend waar andere fabrikanten alleen van kunnen dromen – én dieptepunten die een ander niet zou overleven.
En toch… Lancia leeft. En misschien, heel misschien, komt het terug. Niet als schim van wat het was, maar als belichaming van wat het altijd heeft willen zijn: avant-garde op vier wielen.